Concept RES zonder ambitie

GrienLinks was niet erg te spreken over de concept RES, die 17 juni 2020 in de Staten werd besproken. “Ambitieloos, met alleen plannen die al vergund of lopend zijn, terwijl ondertussen drempels worden opgeworpen door de provincie voor zonne-energie en windenergie”, vindt fractievoorzitter Charda Kuipers.”Ook vanwege de doelen in de verdere toekomst zullen we linksom of rechtsom gedwongen worden tot méér. Alleen al onze eigen elektriciteitsvraag over 10 jaar is fors hoger dan ons bod in dit document. Hoe gaan we daar mee om?”, sprak ze in het debat. Ze diende een motie in om voor de RES 1.0 uiterste inspanningen te leveren voor een hoger bod, van minimaal het eigen elektriciteitsverbruik in 2030. Dat haalde het niet. Ook vroeg ze aandacht voor voldoende technici en samen met CDA voor een rol voor waterstof. Die moties haalden het wel.

Laag RES-bod Fryslân
In de Statenvergadering 17 juni werd de Concept RES besproken. Daarin doet Fryslân een bod van 2,3 TWh als bijdrage aan de 35 TWh die alle RES regio’s samen moeten opbrengen aan grootschalige zonne- en windenergie. Het Friese bod bestaat alleen uit lopende en reeds vergunde projecten op dat gebied. Volgens de provincie is het een genereus bod, dat meer is dan Fryslân verbruikt. Dat klopt misschien als je alleen naar de cijfers kijkt van het verbruik in eerdere jaren, maar de RES loopt tot 2030. En door het gebruik van meer warmtepompen en elektrische auto’s in de toekomst, is de verwachting dat de elektriciteitsvraag van Fryslân in 2030 ongeveer 12.500 TJ is, omgerekend ongeveer 3,47 TWh. Dat wil zeggen dat het Friese bod lang niet voldoende is om de eigen elektriciteitsvraag in 2030 te dekken. Bovendien steekt het bod erg schraal af bij dat van Groningen (5,7 TWh plus een marge van 0,6 TWh, aantal inwoners ca. 583.990), Zeeland (3 TWh, aantal inwoners ca. 383.032), Flevoland (4,76 TWh, inwoners ca. 422.202) en Drenthe (minimaal 3,45 TWh, inwoners ca. 492.167).

Wat GrienLinks betreft mag er dan ook wel een flink deel bij in het bod in de RES 1.0, na gesprekken met de gemeenten, de Mienskip en andere betrokkenen over hun plannen. Wel maakt GrienLinks zich daarbij zorgen over de drempels die de provincie opwerpt voor zonne- en windenergie in de Romtelijke Verordening. Windmolens van 15 meter mogen alleen voor boeren, onder strikte voorwaarden, nieuwe dorpsmolens mogen alleen nadat minimaal evenveel meter dorpsmolen wordt gesaneerd en overige nieuwe (rendabele hogere) windmolens op land mogen sowieso niet. Hoe kunnen de gemeenten en de mienskip onder zulke beperkende voorwaarden nog een goede bijdrage leveren, zoals veel gemeenten en energiecorporaties graag zouden willen?

Lees hieronder de bijdrage van Charda Kuipers in het debat:
“Voorzitter,
Nu ligt er dan het finale concept voor ons, een stuk dat welbewust geen enkele urgentie uitstraalt door alleen de plannen ‘in de pijplijn’ op te nemen. We vertrouwen op de inzet van de andere provincies dat we de dans zullen ontspringen. Hoewel wij flinke kritiek hebben op de zeer beperkte bijdrage aan de landelijke opgave, is dat niet eens de hoofdreden van onze zorgen.

Wij hebben als Fryslân een gedegen energiestrategie hard nodig om onze provincie en inwoners voor te bereiden op de toekomst. Wanneer wij lokaal niet in onze eigen behoefte kunnen voorzien (zij het elektriciteit of warmte) verliezen we onze onafhankelijkheid. Nú hebben wij de mogelijkheid om de mienskip te betrekken in het hele proces, in het maken van de fundamentele keuzes hoe onze provincie er straks uit komt te zien.

Wanneer wij deze kans laten liggen, voorzien wij dat die ruimte er niet is wanneer wij noodgedwongen een inhaalslag moeten maken. Ook vanwege de doelen in de verdere toekomst zullen we linksom of rechtsom gedwongen worden tot méér. Alleen al onze eigen elektriciteitsvraag over 10 jaar is fors hoger dan ons bod in dit document. Hoe gaan we daar mee om? Wij dienen dan ook een motie in om de ambitie voor 2030 tenminste op te schalen naar het nu geschatte verbruik in 2030, namelijk 3,47TWh.

Nu de provincie zelf weinig urgentie lijkt te voelen, maakt dat er voor alle RES-partners in onze provincie nog een flinke kans open ligt richting de RES 1.0. Gelukkig merken wij dat dit besef in de gemeenten ook doordringt. We zijn verheugd met de geluiden die wij horen en de ambitie die eruit spreekt. Wel zien wij dat deze ambitie ernstig wordt gehinderd doordat de RES vraagt om een bod van grootschalige wind- en zonne-energie, terwijl de provincie daarin beperkingen heeft opgelegd.
Dit trekken wij ons persoonlijk aan. Daarom verzoeken wij de gedeputeerde om regelmatig terug te koppelen wanneer knelpunten ontstaan tussen staand beleid van de provincie en de plannen vanuit de mienskip, gemeenten en andere RES-partners.

Als PS zijn wij het verplicht om onze inwoners serieus te nemen, en altijd bereid te zijn om onze uitgangspunten voor het beleid kritisch tegen het licht te houden. De grote transitie waar alle landen mee te maken hebben, maakt dat zelfs in ons Fryslân de omstandigheden kunnen veranderen. Als wij daar als politiek niet op in kunnen spelen, hebben wij een groot probleem.

Concreet vragen wij dus de mogelijkheid om onze taak als PS volledig in te kunnen vullen, en dienen daarvoor een motie in om plannen en knelpunten te inventariseren, mee ingediend door D66 en PvdA.

Verder moeten alle mooie plannen straks in de praktijk gebracht worden, daarvoor zijn deskundige technici nodig. We dienen daarom een motie in, mee ingediend door de PvdA, om daar in de uitvoeringsstrategie van de RES en vooruitlopend op de startnotitie economie, aandacht voor te vragen en de samenhang tussen deze beleidsvelden te benadrukken.

Tot slot dienen wij graag een motie van het CDA mee (samen met PvdA, FNP, PvdD, VVD, CU) in over waterstof. Wij zien waterstof als een goede mogelijkheid om beter aan te kunnen sluiten op de pieken en dalen in energiebehoefte en als een kansrijk onderdeel van het streven om de klimaatdoelen te halen.”

Uitslag stemming
Twee Statenleden van PVV en één van FvD waren afwezig, wat het aantal totale stemmen op 40 bracht.

De motie over een hoger bod haalde het helaas niet (9 stemmen voor: GrienLinks, PvdD, D66 en ChristenUnie, 31 stemmen tegen: SP, PvdA, VVD, FNP, CDA, 50PLUS, FvD en PVV).
De motie voor het in kaart brengen van plannen en knelpunten bij plannen van de gemeenten en de mienskip trok GrienLinks in na een toezegging van en overleg met gedeputeerde Sytske Poepjes dat dat sowieso gebeurt in de RES 1.0.
De motie voor aandacht voor voldoende technici werd aangenomen, net als de motie voor een rol voor waterstof, die GrienLinks mee indiende met het CDA (in beide gevallen 34 stemmen voor, 6 tegen, alleen PVV en FvD stemden tegen).

GrienLinks stemde, ondanks het lage bod voor de concept RES, om het proces door te kunnen laten gaan. De concept RES werd uiteindelijk aangenomen met 34 stemmen voor en 6 tegen. Alleen PVV en FvD stemden tegen.