GrienLinks: “Opeisen gasbaten is onzin”

De NAM heeft bij Ee (bij Dokkum) op flinke diepte een gasbel gevonden, die wellicht 800 miljoen euro waard is en waar Nederlandse huishoudens ongeveer een jaar lang op kunnen stoken. In Provinciale Staten van 25 januari 2012 – en daarvoor al in de media – duikelden Friese politici bijna over elkaar heen met het idee, dat minimaal tien en zo mogelijk honderd procent van de opbrengst voor de Staat der Nederlanden naar Fryslân, dan wel naar het Noorden zou moeten gaan. De FNP vond tien procent genoeg, maar de PVV in de media voor de gehele staatsopbrengst. In de betreffende motie ging het om “in part” van de opbrengsten.

PVV-woordvoerder Buisman bleek ook te spreken namens FNP, PvdA, CDA en Friese Koers. Maar niet namens GrienLinks.

Gedeputeerde Sietske Poepjes had het in de media een ‘sympathieke gedachte’ genoemd, zonder er meteen mee in te stemmen. In de Statenvergadering zei ze dat GS zich “graach” willen inzetten voor het beschikbaar krijgen van de opbrengst voor “it welfaren fan de provinsje Fryslân.”

Maar daarna volgden wat algemeenheden: “It kolleezje wol der goed oer neitinke. Wy wolle ús sels net yn de fingers snije. It moat gjin Pyrrusoverwinning wurde.” Bovendien is schadevergoeding als gevolg van bodemdaling volgens haar (en het college) afdoende geregeld. “Wy sille jo op ‘e hichte hâlde. Mar jo dogge dit net even op in freedtejûn. Dêrfoar giet it om te grutte dingen.”

FNP-er Sybren Posthumus sprak van een “histoaryske trochbraak”, dat Provinciale Staten in meerderheid de gasopbrengsten naar het Noorden willen halen. “Dokkum mei net mei in Sinteklaas-kadootsje lykas in bankje of in kuierpaadsje ôfkocht wurde.”

GrienLinks-fractievoorzitter Irona Groeneveld vond het allemaal onzin. “Ik mis een wat kritische blik van het college. Wordt dit niet een spelletje graai-je-rijk? Is dit wel consistent met de ‘fiere borst’, in de zin van: ‘Wij redden ons wel’? Of is de volgende stap dat Fryslân zich onafhankelijk verklaart met zijn gasopbrengsten? Elders in de wereld worden wateroorlogen gevoerd. Kortom: kan het ietsje minder?”

Frappant was daarop de reactie van gedeputeerde Poepjes: “De wurden fan frou Groeneveld (en VVD-woordvoerster Aukje de Vries) benaderje myn gefoel. Ik bin bliid mei dizze krityske lûden. Dy sitte goed tusken de earen. Mar dit (de interpellatie en bijbehorende motie; red.) is in sentimint út de Steaten, dat nimme wy serieus. Wy wolle der goed oer neitinke. Ik bin wiis mei it sinjaal en mei de krityske lûden.”

De motie die na het debat werd ingediend, kreeg de steun van de meeste fracties: dertig voor, twaalf tegen. De tegenstemmen kwamen van SP, D66, VVD en GrienLinks.