De lente van 2013 heeft een kouderecord bereikt. De hele natuur is daardoor 2 à 4 weken later op gang gekomen. Dat is zichtbaar aan het uitbotten van bomen en de bloeiperioden. Het gold echter ook voor het dierenleven. Vogels kwamen later terug van hun overwintering en begonnen later met broeden. Hun voedsel in de grond was ook later beschikbaar. Om de kwetsbare weidevogels te beschermen dienen de maaitijden ook te worden aangepast. De biologen Theunis Piersma en Jos Hoijjmeijer hebben daar in de LC en voor Omrop Fryslân (13 juni 2013) een oproep toe gedaan: begin niet op 15 of 16 juni met maaien in beschermd weidevogelgebied, maar wacht nog twee weken. GrienLinks sluit zich daar bij aan en stelt schriftelijke vragen hierover aan gedeputeerde Johannes Kramer.
Dit zijn onze vragen:
1. Zijn in de afspraken voor natuurbeheer afspraken opgenomen voor het aanpassen van het tijdstip van maaien aan de feitelijke ontwikkeling van het seizoen?
2. Zo ja: in welk percentage van de gebieden wordt het tijdstip van maaien ook daadwerkelijk uitgesteld?
3. Zo nee: is het college bereid dergelijke afspraken op te nemen en op welk moment kan deze wijziging ingang vinden?
4. Is bij GS bekend in welk percentage van de binnen de provincie Fryslân aangewezen weidevogelgebieden het tijdstip van maaien daadwerkelijk is uitgesteld?
5. Zijn GS bereid bij het overnemen van de verantwoordelijkheid voor agrarisch natuurbeheer met de beheerverenigingen afspraken te maken die aanpassing van het maaitijdstip aan het weer mogelijk te maken?
6. Kennen de contracten voor het maaien van de bermen van de provinciale wegen afspraken over de aanpassing van de maaitijd aan de feitelijke ontwikkeling van het seizoen?I
7. Indien vraag 6 met ja wordt beantwoord: van welk percentage van de wegen is het tijdstip van maaien ook daadwerkelijk uitgesteld?
8. Indien vraag 6 met nee wordt beantwoord: is het college bereid dergelijke afspraken op te nemen en op welk moment kan deze wijziging ingang vinden?