“Het is een politieke keuze van de Staten”, zei Retze van der Honing tijdens de Statenvergadering op 15 februari 2017, “om organisaties als het COC, FSU en Tumba niet meer te subsidiëren en de ogen dicht te doen voor het feit dat ook de gemeenten dat niet willen doen. Maar wij vinden het van belang om deze organisaties wel te steunen.
De samenleving verhardt, de kloof tussen arm en rijk groeit. Armen, minderheden en homo’s en lesbiennes staan in deze tijd nogal onder druk. Procedureel ‘gedoe’ over wie voor de financiering van het COC, FSU en Tumba verantwoordelijk is (en dat het dan uiteindelijk niet gebeurt), is beschamend”. een motie voor een werkconferentie om nog een keer te kijken naar de ondersteuning van het werk op de thema’s armoede en discriminatie werd niet aangenomen.
Op de Statenvergadering stond het 05-2-Noordelijke Rekenkamer-Rapport Op eigen benen van de Noordelijke Rekenkamer op de agenda. De Noordelijke Rekenkamer heeft onderzocht wat de effecten zijn van het stopzetten van de subsidies van deze maatschappelijke organisaties in de drie noordelijke provincies. De onderzoekers bevelen in hun onderzoeksrapport onder andere aan, om een werkconferentie van provincie en gemeenten te organiseren om dit effect op de organisaties en hun werk nog eens te bekijken. Gedeputeerde Staten willen dat niet. Ook een meerderheid van de Provinciale Staten niet. een amendement van VVD, FNP en SPom de aanbevelingen en conclusies van het rapport niet over te nemen, maar ‘ voor kennisgeving aan te nemen’ werd aangenomen. Het rapport was volgens de indieners van het amendement niet goed onderbouwd en er zou geen hoor en wederhoor zijn toegepast bij de gemeenten. Retze van der Honing: ” Het werk van deze organisaties op de thema’s armoede en discriminatie vinden we te belangrijk om in een gat te laten vallen. Vooral het COC en FSU kunnen hun betaalde kracht (bij ieder 1) niet meer betalen. De ondersteuning voor alle -honderden – vrijwilligers valt dan weg. Bij Tumba betekent het een teruggang van 4,5 fte naar 2,5 fte.“