Als de provincie 1,5 miljoen euro per jaar steekt in verbetering van het treinverkeer tussen Leeuwarden en Zwolle, dan kan het niet zo zijn dat de treinreizigers in de dorpen op dat traject er flink op achteruit gaan. Daar moet iets aan gebeuren. Dat is de kern van de mondelinge vragen die GrienLinks fractievoorzitter Retze van der Honing stelde in de Statenvergadering van woensdag 28 maart 2018.
In de vragen (zie hier) vroeg Van der Honing aan gedeputeerde Johannes Kramer of hij op de hoogte was van de naar de Randstad fors langere overstaptijden voor treinreizigers in en nabij Grou-Jirnsum, Akkrum en Wolvega in de nieuwe dienstregeling (zie onderaan): “Deze kunnen bijvoorbeeld naar Utrecht wel oplopen tot twee overstappen van bij elkaar 28 minuten! Ook laten de voorzieningen op sommige overstapstations te wensen over. Zo is er op station Steenwijk geen schuilmogelijkheid tegen de kou.” De gedeputeerde gaf aan dat hij van de nadelen op de hoogte was, maar dat het om 900 dagelijkse reizigers zou gaan en dat 19.000 reizigers juist voordelen hebben bij de nieuwe dienstregeling. “Maar de nadelen zijn onwenselijk en de wachttijden zijn te lang en dat geven we ook aan bij de NS. Daar moet iets aan gebeuren.”
Van der Honing vroeg ook of bij het opstellen van de nieuwe dienstregeling wel gedacht was aan de leefbaarheid in de dorpen. “Vindt u het redelijk dat terwijl de provincie 1,5 miljoen euro per jaar investeert in verbetering van het treinverkeer in Fryslân er een dermate groot nadeel ontstaat voor mensen in de krimpgebieden? Is er bij de afspraken rond de nieuwe dienstregeling gezocht naar oplossingen voor de nadelen van deze groep reizigers? Zo ja, waarom zijn deze niet doorgevoerd? Zo nee, waarom niet?” De gedeputeerde gaf als antwoord dat er inderdaad gekeken was naar een oplossing, maar dat dat vanwege bepaalde brugbediening niet mogelijk was. Verder gaf hij aan dat de Staten zelf in 2012 hadden ingestemd met de nieuwe regeling, maar daar was Van der Honing het volstrekt niet mee eens: “De Staten hebben ingestemd met de investering in een extra trein per uur, niet met de nadelen hiervan!” In zijn reactie gaf de gedeputeerde aan dat dat inderdaad waar was: “Van der Honing heeft gelijk: het besluit ging over het aantal treinen, niet over de dienstregeling.”
Een belangrijk doel van GrienLinks met deze vragen was ook om te kijken of voor een oplossing nog besluitvorming van de Staten nodig was. Johannes Kramer gaf aan dat eerst naar een oplossing gezocht werd. “Maar mocht er een besluit van de Staten nodig zijn, dan zal ik dat aangeven.”
De behandeling van de vragen eindigde zeer hoopvol: op de vraag van Van der Honing of de gedeputeerde bereid was al het mogelijke te doen om tot een verbetering te komen voor de betreffende treinreizigers, vertelde Kramer dat (naar een plan van Rocov Fryslân) dat gekeken wordt of vanaf december misschien een stoptrein vanaf Meppel door zou kunnen rijden naar Zwolle. “We zitten erbovenop om die verbetering zo snel mogelijk voor elkaar te krijgen, en als het niet via de NS lukt, dan misschien wel op een andere manier. Maar we zullen erop inzetten dat deze reizigers zo snel mogelijk van Meppel naar Zwolle kunnen komen.” Wij hopen van harte dat dat lukt en houden graag een vinger aan de pols!
Achtergrondinformatie:
Sinds december 2017 is er een nieuwe NS dienstregeling ingegaan. Deze biedt veel treinreizigers tussen Leeuwarden een Zwolle een mooie verbetering, onder meer omdat er doordeweeks voortaan vier in plaats van drie treinen per uur rijden tussen Leeuwarden en Meppel: twee Intercity’s en twee Sprinters. Helaas rijden de Sprinters tot 2021 niet verder dan Meppel, dus niet door naar Zwolle. En de Intercitytreinen stoppen niet meer in Grou-Jirnsum, Akkrum en Wolvega. Dat betekent dat de treinreizigers in en nabij deze dorpen vaker moeten overstappen en een (flink) langere reistijd hebben.
Daarom hebben GroenLinks Heerenveen, GrienLinks, GroenLinks Weststellingwerf en PAL GroenLinks een petitie opgesteld voor herstel van deze treinverbinding. Deze petitie is door ruim 4200 mensen ondertekend en hebben we op 16 maart 2018 aangeboden aan de regiodirectie van de NS. (lees hier meer)
In dit gesprek heeft de NS tot onze blijdschap toegezegd samen met Prorail, de provincie en gemeenten te willen zoeken naar een oplossing die al vóór 2021 in kan gaan. Zij zullen nog voor de zomer van 2018 met de uitslag van hun onderzoek komen.
Tijdens het gesprek met de NS is ook gevraagd of de Intercity die in de spits om 16 over het hele uur uit Leeuwarden vertrekt niet 8 minuten eerder kan vertrekken en dan wél in de Grou-Jirnsum, Akkrum en Wolvega kan stoppen. Dan zouden wellicht veel scholieren en forensen geholpen zijn die naar Zwolle moeten. Een ambtenaar van de provincie gaf aan dat daar dan mogelijk wel een besluit voor zou moeten komen vanuit de Staten. Inmiddels is naar deze vraag gekeken, maar helaas is dit niet mogelijk. Als deze mogelijkheid doorgevoerd zou worden, zouden alle treinreizigers in de dorpen tussen Groningen en Leeuwarden die met de trein naar Leeuwarden gaan en daar de Intercity naar Zwolle willen nemen, hun aansluiting missen. Uiteraard is dat niet de bedoeling. Het is belangrijk een oplossing te vinden die zoveel mogelijk voordelen biedt en zo weinig mogelijk nadelen, bijvoorbeeld door de Sprinters toch eerder dan in 2021 door te laten rijden naar Zwolle. Wordt vervolgd …