Jochem Knol daagde het college op 25 november 2020 uit om concretere doelen in de startnotitie landbouwagenda te noemen en daarbij uit te gaan van de problematiek in de leefomgeving. Het voorstel voor concrete doelen werd aangenomen. Ook stemde een meerderheid voor het opnemen van de voedseltransitie in de landbouwagenda. En een krappe meerderheid stemde voor het expliciet uitwerken van extensief boeren als verdienmodel. Maar meer aandacht voor de leefomgeving als uitgangspunt bij de gesprekken met de boeren kreeg onvoldoende steun in de Staten. Kortom, een gecompliceerd en politiek gevoelig dossier.
“Voorzitter, zowel de landbouw als de biodiversiteit staan onder druk. Een goede balans is noodzakelijk. We hopen oprecht dat in de Landbouwagenda, binnen de mogelijkheden van de provincie, de uitdaging wordt aangegaan onze Engels raaigrasplantages om te vormen tot kruidenrijke weilanden. Waarin de kwaliteit van water, de bodem en de biodiversiteit zodanig is dat duurzame, natuurinclusieve, grondgebonden landbouw en lokale voedselsystemen mogelijk zijn. Wilt u die uitdaging aangaan?” Zo begon Jochem zijn bijdrage in de Statenvergadering. Lees hier zijn hele bijdrage.
Voortbestaan boeren
Maar helaas ging het debat in de Staten vooral over hoe de landbouwfunctie kan blijven bestaan in plaats van hoe de balans tussen de leefomgeving en landbouw vorm krijgt in de toekomst. Extra jammer, omdat de landbouwagenda de leidraad vormt voor gesprekken met boeren over de toekomst van de landbouw. En deze startnotitie is daarvoor de opzet. Wel lukte het om concrete doelen toe te voegen aan de startnotitie.
Concrete doelen motie
Vlak voor de behandeling van de startnotitie landbouwagenda werd het rapport van de Rekenkamer over het landbouwbeleid behandeld. Zie hier het verslag over die vergadering . De harde kritiek van de Rekenkamer over het uitgeven van 21 miljoen euro zonder concrete doelen of zichtbare resultaten vertaalde Jochem Knol in een motie. Op aanraden van de gedeputeerde voegde hij die motie samen een motie over monitoring van de PvdD. Samen dienden de partijen vervolgens dat gecombineerde voorstel in over concrete doelen in de landbouwagenda en monitoring van die doelen. Deze gecombineerde motie werd aangenomen met 19 stemmen tegen (CDA, PVV, VVD, FNP) en 24 stemmen voor (50+, GL, SP, PvdD, PvdA, D66, CU, Forum)
Amendement doel natuurinclusieve landbouw aangenomen
Daarnaast diende hij een amendement in om het doel uit 2017 uit de nog steeds als kader geldende beleidsbrief Duurzame Landbouw op te nemen in de landbouwagenda. In de startnotitie werd, in plaats van het doel uit deze beleidsbrief, een nieuw fenomeen benoemd uit het bestuursakkoord als ambitie. Namelijk het behalen van een ‘vijfde groene ster’ bovenop de al bestaande ‘viersterrenlandbouw’. Jochem Knol: “We helpen u graag om de woorden uit uw eigen bestuursakkoord juist in de startnotitie op te nemen. U kunt dit wat ons betreft zien als service van een constructieve oppositiepartij aan de coalitie.”
Het ging om het toevoegen van het volgende doel: “‘De provincie Fryslân streeft naar een duurzame, natuurinclusieve landbouw in 2025. Een landbouw die grondgebonden en circulair is, bijdraagt aan het herstel van de biodiversiteit, maatschappelijk draagvlak heeft én, niet in de laatste plaats, duurzaam economisch renderend is’. “Een veel beter doel”, zegt Jochem Knol. “Dat een transitie in de landbouw beoogt. Beter dan een groene ster bovenop de huidige landbouw”. Het amendement werd met 22 stemmen voor aangenomen (50PLUS CU, D66, FNP, GrienLinks Partij voor de Dieren PvdA) en SP CDA, VVD, PVV en Forum stemden tegen (21 stemmen).
Aandacht voor voedseltransitie
GrienLinks diende een motie mee in van o.a. de PvdA om eerder door GrienLinks ingediende en aangenomen motie om de ‘voedseltransitie’ aandacht te geven in de landbouwagenda ook daadwerkelijk uit te voeren. Dit leek er namelijk bij te blijven in het voorstel van het college. De motie werd ruimhartig aangenomen (9 stemmen tegen, 34 stemmen voor). Jochem Knol: “Mooi dat onze eerdere motie hiervoor zo op deze manier ondersteuning krijgt. Aandacht voor boer-burger-initiatieven en alle andere alternatieven die op dit moment rond voedsel ontstaan is van groot belang in de discussie over hoe we met ons voedsel én onze omgeving om willen gaan”. Meer informatie hierover bijvoorbeeld op de site van de Friese Voedselbeweging.
Motie paragraaf leefomgeving in landbouwagenda
Jochem Knol: “De Startnotitie landbouwagenda is vrij eenzijdig geschreven vanuit het idee dat de landbouwfunctie behouden moet blijven. Dat boeren een goed bestaan verdienen is natuurlijk een goed uitgangspunt. Maar dat kan alleen als de balans tussen natuur, landbouw en milieu in evenwicht is. Daarom willen we via de motie ‘leefomgeving’ een aparte paragraaf in de landbouwagenda om de invloed van de landbouw, zowel positief als negatief, te omschrijven. Zodat duidelijk is in welke context de landbouw de gesprekken voert met de provincie.” De gedeputeerde Klaas Fokkinga vond het niet nodig: “Zowel in de Omgevingsvisie als in het coalitieakkoord staat beschreven waar we heen willen met de natuur en de klimaatopgave, dat vind ik voldoende.” Een tweede pleidooi van de GrienLinks-woordvoerder mocht niet baten. De motie werd niet aangenomen met 33 stemmen tegen (CU, CDA, VVD, FNP, PvdA, PVV en Forum) en 10 stemmen voor (GL, D66, SP, PvdD, 50+ en 1 lid van de CU).
Extra aandacht voor extensief boeren als verdienmodel
Een voorstel voor het expliciet uitwerken van extensieve landbouw als verdienmodel van de PvdD en GrienLinks haalde het wel.
Waar mag de provincie wel in sturen en doen we dat ook?
Jochem Knol probeerde de gedeputeerde te bewegen om in de landbouwagenda de wettelijke bevoegdheden van de provincie op een rij te zetten. In de startnotitie wordt aangegeven dat de rol van provincie bij de transitie van de landbouw beperkt is. Er zijn een aantal terreinen waarop de provincie wél bevoegd is (water- en natuurbeheer, ruimtelijke ordening). Jochem Knol diende een motie in en vroeg de gedeputeerde: “Bent u bereid al de mogelijkheden voor maatregelen binnen de provinciale bevoegdheden die de transitie zouden kunnen beïnvloeden op een rij te zetten in de Landbouwagenda en daarbij aan te geven welke maatregelen wél of niet zullen worden ingezet en waarom?”. Het CDA CU FNP PVV PvdA VVD (28 stemmen tegen) voelden hier niets voor. GL, SP, PvdD, D66, Forum, 50+ stemden voor (15 stemmen).
Tûk en kreas buorkjen
FNP en PvdA kwamen met een bijzondere motie op de proppen: een voorstel die boeren, die ’tûk en kreas’ werken, verlichting op de regeldruk mogen krijgen. Er ontstond een discussie tussen vooral CDA’er Maaike Prins en FNP’er Wopke Veenstra over wat precies ’tûk en kreas’ werken was. De GrienLinks fractie vatte de motie als aanmoediging op voor biologische boeren. Deze boeren werken immers al binnen o.a. de stikstof- en fosfaatnormen. Zij worden extra getroffen door alle maatregelen die nu genomen worden, terwijl ze niet hebben bijgedragen aan het probleem.
De motie werd niet aangenomen. Tegen stemden: CDA ChristenUnie Forum voor Democratie PVV VVD en 1 lid van de PvdA (25 stemmen) en 18 stemden voor: PvdA,50+, D66, FNP, GrienLinks, PvdD, SP.
Stemming
Tenslotte stemde de GrienLinks fractie toch vóór de startnotitie landbouw. Jochem Knol: “Het amendement en de motie over de concrete doelen zijn beiden aangenomen. Ook de motie voor het uitvoeren van de motie voedseltransitie in de landbouwagenda is aangenomen. We hopen op een goede uitwerking van de startnotitie en zullen de landbouwagenda opnieuw beoordelen. Het is erg jammer dat er geen steun is in de Staten voor zo’n motie als de effecten van de landbouw op de leefomgeving opnemen in de landbouwagenda. We zullen dit punt onder de aandacht blijven brengen.” Alleen de PVV-fractie stemde tegen de startnotitie.
Noot
De landbouwagenda is in feite het ‘uitvoeringsprogramma’ van de Beleidsbrief Duurzame Landbouw, vastgesteld in 2017. De toen afgesproken ‘landbouwdeals’, die toentertijd werden gezien als het alternatieve uitvoeringsprogramma, waren geen succes. Er is geen zicht op wat de resultaten zijn. Dit is onderdeel van de harde kritiek van de Noordelijke Rekenkamer op het landbouwbeleid.