Nieuwsbrief september 2025

Na het zomerreces is de fractie meer dan uitgerust om met veel energie te beginnen aan het politieke jaar. Wat een aftrap! Naast belangrijke zaken op de provinciale agenda vinden de landelijke verkiezingen plaats op de achtergrond van ons werk.

Door actualiteit kwamen het OV, straatveiligheid en cultuur ter sprake in de Proviniciale Staten. Gepland stond de zogenaamde contourenschets van de omgevingsvisie, een tussenstand van de definitieve visie die in juni 2026 op de agenda staat. Op de contourenschets zijn vier voorstellen van GrienLinks aangenomen!

Verder hebben we de bestuursrapportage kritisch onder de loep genomen. We vallen inmiddels in herhaling, maar zowel de wettelijke doelen als de doelen van het college dreigen niet gehaald te worden. Met de tweede Provinciale Staten vergadering die in 2025 van de agenda verdwijnt (1 in februari en 1 in oktober) dreigt de controlerende rol van de Provinciale Staten op de achtergrond te raken.

Tot slot heeft GrienLinks zich sterk gemaakt voor de inzet tegen Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS), een taak van de FUMO waarop wordt bezuinigd.

Dit en nog veel meer in de eerste nieuwsbrief van dit politieke jaar!

Doe mee! Zoals je kunt lezen, kunnen we je steun goed gebruiken… Je vindt meer informatie over ons en onze activiteiten op de website of op facebooktwitter en  instagram. Voor contact met de fractie: grienlinks@fryslan.frl 0582925805.

Word lid

Verder lezen

GrienLinks, BBB en FNP eisen duidelijkheid over trage afhandeling ‘code rood’-gevallen


In de Groote Veenpolder wachten bewoners al jaren op compensatie voor schade door peilverlagingen. Ondanks eerdere beloftes zijn nog niet alle dossiers afgehandeld. GrienLinks, BBB en FNP willen weten waarom het zo lang duurt.

Al vijf jaar wachten op duidelijkheid
De provincie beloofde de dertien zogenoemde code-rood-gevallen te compenseren met leningen en subsidies. Toch is het proces nog steeds niet afgerond. Sommige bewoners hebben wél een overeenkomst, anderen wachten nog altijd.
GrienLinks-statenlid Jochem Knol noemt de gang van zaken zorgelijk:

“De provincie beloofde dat mensen volledig ontzorgd zouden worden. In de praktijk moeten ze opnieuw allerlei formulieren invullen. Dat is onacceptabel na vijf jaar onzekerheid.”

Vragen over afspraken en communicatie
De drie partijen vragen Gedeputeerde Staten waarom de afhandeling zo traag verloopt en waarom gemaakte afspraken niet altijd goed op papier staan. Ook willen ze weten welke rol de intermediair had die namens de provincie sprak, en waarom nieuwe voorwaarden en voorbehouden aan de overeenkomsten zijn toegevoegd.

Tijd voor zorgvuldigheid én tempo
Knol: “De provincie moet haar afspraken nakomen en de laatste dossiers snel afronden. De mensen in de Groote Veenpolder verdienen eindelijk duidelijkheid en herstel van vertrouwen.

Lees de volledige schriftelijke vragen van GrienLinks, BBB en FNP over de code-roodgevallen [hier]P. Lees [hier] de antwoorden van de Gedeputeerde.

Duidelijkheid over ecologische risico’s bij ‘Handreiking Kleine Initiatieven’

De foto toont een miniatuurscène van drie bouwvakkers die pauze houden bij een halfafgebouwd huis. Ze lijken in gesprek: één zit op een stapel houten planken, de andere twee staan erbij met een flesje in de hand. Op de achtergrond zijn nog enkele kleine figuurtjes te zien bij andere huisjes. Het geheel is een modelbouwtafereel dat het dagelijks leven op een bouwplaats voorstelt.
De provincie wil kleine bouwprojecten makkelijker maken met de nieuwe Handreiking Kleine Initiatieven. Maar GrienLinks vreest dat hierdoor natuur in het gedrang komt en stelt vragen aan het provinciebestuur.

Grenzen van de handreiking worden opgerekt
De handreiking is bedoeld om huiseigenaren en kleine ondernemers – bijvoorbeeld bij energiebesparende renovaties – minder onderzoeks- en procedurekosten te laten maken. Fractievoorzitter Charda Kuipers hoort echter dat de grenzen van de regeling steeds verder worden opgerekt:

“De handreiking is bedoeld voor kleine initiatieven, niet voor grote verbouwingen of sloopprojecten. We krijgen signalen dat regels ruim worden uitgelegd, waardoor beschermde planten en dieren in de knel kunnen komen.”

Vragen over juridische borging en duidelijke grenzen
GrienLinks wil weten hoe de juridische toetsing van de handreiking heeft plaatsgevonden en welke adviezen daarbij zijn ingewonnen. Ook vraagt de fractie hoeveel projecten er al gebruik van hebben gemaakt en of dat alleen particulieren betreft of ook bedrijven.

Daarnaast roept de vage formulering van begrippen als ‘regulier woonhuis’ en ‘met of zonder bijgebouwen’ vragen op. Kuipers:
“We willen voorkomen dat een regeling voor één woonhuis wordt misbruikt om meerdere gebouwen te slopen. Ecologische waarden moeten voorop blijven staan.”

Natuur mag niet de dupe worden
GrienLinks vraagt Gedeputeerde Staten om de grenzen van de handreiking strikt te handhaven en duidelijkheid te geven over de toepassing ervan. Lees de volledige schriftelijke vragen van GrienLinks over de Handreiking Kleine Initiatieven 2025-08-15_GL_Handreiking Kleine Initiatieven.
De Gedeputeerde Staten hebben op 9 september Antwoordbrief GrienLinks over de Handreiking Kleine Initiatieven HKI (geanonimiseerd).

Wetterwaarmte, hoogspanningskabels en het kaartje van Kooistra

De Contourenschets Omgevingsvisie van Fryslân zorgde voor een lange en bewogen discussie. Dit ene agendapunt resulteerde uiteindelijk in een vijf uur durend debat waarin één amendement en 27 moties, waarvan één motie van treurnis, werden besproken. Maar het was niet zonder succes, alle vier moties van GrienLinks zijn met grote meerderheid aangenomen!

Brede welvaart als kompas
Tijdens het betoog benadrukt Charda dat onze fractie wil dat de omgevingsvisie zich richt op de lange termijn en dat alle plannen, wat ons betreft, beginnen met dezelfde vraag: “Op welke wijze kan dit plan bijdragen aan brede welvaart en het verbeteren van de kwaliteit van de omgevingswaarden?”. En dit is een ongelofelijk complex geheel en daarbij is goed advies en meedenkkracht onmisbaar. “We roepen GS op, maak veel meer gebruik van de expertise die zich in de provincie bevindt, en betrek stakeholders volwaardig. En hierbij staat zorgvuldigheid staat voorop, want wij zijn geschrokken van de reacties uit het veld!”. Er zijn diverse participatiemomenten geweest zo blijkt uit de stukken, maar uit onder meer het voor ons belangrijke PCLG blijkt dat de VFG zich onthoudt van advies. De Friese gemeenten waren namelijk niet tijdig betrokken bij het proces. En deze gang van zaken is wat betreft GrienLinks zeer kwalijk.

Ga moeilijke keuzes niet uit de weg!
“Onze provincie heeft een bijzondere identiteit met een aantal unieke kwaliteiten en kenmerken om te beschermen en door te ontwikkelen. Het idee om daarbij te differentiëren naar de verschillende fysieke gebieden met elk hun eigen kenmerken en uitdagingen in de leefomgeving, zoals de Wadden of het veenweidegebied omarmt GrienLinks”, geeft Charda in haar betoog aan. “Ook de overkoepelende opgaven, zoals bijvoorbeeld schoon drinkwater en onze waterzekerheid, zullen in elk van deze gebieden anders uitpakken en vragen om maatwerk. Maar wij willen in de omgevingsvisie geborgd zien dat de provinciale doelen gehaald worden”. Charda roept dan ook de Gedeputeerde Staten op “om moeilijke keuzes niet uit de weg te gaan!”.

Motie Borgen aangenomen moties
GrienLinks vraagt aandacht voor vier specifieke zaken. Ten eerste dienen we samen D66, PvdD en SP een 07 motie Borgen aangenomen moties in de contourennota in die GS opdraagt om in het verleden aangenomen relevante moties te verwerken in de omgevingsvisie.

Gedeputeerde Knol vindt deze motie sympathiek. De aangenomen moties zullen zover als mogelijk worden meegenomen in de POVI. En mochten bepaalde moties niet worden meegenomen, dan zal het college dit onderbouwen en dan kan Provinciale Staten hierop reflecteren in de bespreking daarvan.

Stemming: Deze motie is unaniem aangenomen.

Motie Duidelijkheid landbouwhoofdstructuur
Ten tweede dient GrienLinks samen met PvdD en SP een duidelijke landbouw hoofdstructuur in om helderheid te verschaffen over de landbouwhoofdstructuur en de doorvertaling in de omgevingsvisie. Immers 70% is landbouwgrond, maar dat er nog zoveel onduidelijkheid is over deze landbouwhoofdstructuur is toch wel erg bijzonder. Tijdens het debat grijpt Jochem zijn kans en bevraagd de gedeputeerde Kooistra:

“Welk gebied in Fryslân valt er wel onder, waarom wel en niet? En wordt deze begrenzing dan uitgewerkt in een kaartje, het zogenaamde Kaartje van Kooistra? Met andere woorden wat wilt u eigenlijk met deze landbouwhoofdstructuur, want volgens ons is dit al geregeld en volstrekt overbodig. Ook deze nieuwe structuur roept nog meer onzekerheid op”.

Gedeputeerde Kooistra reageert op Jochem zijn vraag met “de landbouwhoofdstructuur staat onder meer genoemd in onze Landbouwbrief en in onze Uitvoeringsagenda Landbouw 2025-2030. We beogen met deze landbouwhoofdstructuur om de landbouwgrond en de hoeveelheid daarvan veel beter beschermen, ook bij de ruimtelijke afwegingen. Landbouw mag niet meer het sluitstuk zijn, maar het beginpunt. We gaan nu in zeven gebieden dit ruimtelijke vraagstuk verder uitwerken met de stakeholders van het gebied. De motie duidelijkheid Landbouwhoofdstructuur is voor een groot gedeelte dan ook overbodig, want wij zijn hier in de praktijk al mee bezig”. Daar waren de Provinciale Staten het niet mee eens, want met grote meerderheid is deze motie aangenomen!

Stemming: Toch heeft deze motie het met grote meerderheid gehaald, 35 voor (GL, PvdA, D66, SP, PvdD, CU, FNP, BBB, VVD, Steatelid Jonker, Van Dijk) en 8 tegen (Ja21, PBF, PVV en CDA).

Motie Wetterwaarmte en restwarmte
En als derde dienen we samen met de PvdA, BBB, D66 en SP een motie Wetterwaarmte en restwarmte in om de provinciale ambities op het gebied van warmtenetten en aquathermie in het bijzonder te onderstrepen. Want “hierin kan de provincie een veel actievere rol op zich nemen bij de ontwikkelingen die er gaande zijn. In dit scenario zijn dorpsmolens een prachtige win-win combinatie met een draagvlak en levensvatbare businesscases!”, aldus Charda.

“Wetterwaarmte en dorpsmolens zijn een gouden koppel en dat kunnen we niet laten liggen. Deze mienskipenergie moet de provincie veel meer gebruiken!”

Gedeputeerde Knol was kort in zijn reactie, “Netzoals aangegeven in de commissie is wetterwaarmte niet meegenomen in deze Contourenschets, want deze heeft niet de grootste ruimtelijke impact”. Charda is het hier fundamenteel niet mee eens, want “juist dié ontwikkelingen die weinig impact hebben op onze fysieke omgeving moeten meegenomen worden in de Contourenschets. En dat zijn onder meer wetterwaarmte en restwarmte!”. En met succes, de motie wordt met grote meerderheid aangenomen!

Stemming: 40 voor (GL, PvdA, SP, PvdD, D66, Cu, FNP, CDA, BBB, VVD, Ja21, Steatelid Jonker, PBF) en tegen 3 (Pvv en Van Dijk).

Motie Hoogspanningslijnverbinding ondergronds
Tenslotte de Hoogspanningslijnverbinding ondergronds die we samen D66, PvdD en SP indienen. In deze motie vraagt GrienLinks om een integrale afweging te maken bij het tracé voor de nieuwe 380 kV hoogspanningslijn, en niet enkel een economische rekensom. “We vragen GS om bij TenneT te pleiten voor een onderzoek naar mogelijke alternatieven die bijdragen aan de leefbaarheid. Het is een grote ingreep in onze leefomgeving met nog grotere gevolgen voor onze inwoners!”, aldus Charda. Ook hier streeft onze fractie naar hetgeen wat de minst mogelijke impact maakt op onze prachtige leefomgeving.
Gedeputeerde Knol gaf in zijn reactie aan dat deze motie hem wél kan helpen, en de motie wordt met grote meerderheid aangenomen.

Stemming: 38 voor (GrienLinks, PvdA, SP, D66, PvdD, CU, CDA, FNP, BBB, Steatelid Jonker, PVV, Van Dijk) en 5 tegen (Ja21, Pbf en VVD).

Discussie over de Contourenschets
Tijdens het debat werden er ook moties besproken die bij GrienLinks en andere partijen veel vragen opriep. Een daarvan wat de motie Koester hoogwaardige natuur en landbouw. Samen met Klaas Zwart van de PvdA was Jochem heel duidelijk “deze motie zit toe op een bevoegdheid van het Wetterskip, met andere woorden wij gaan hier helemaal niet over”, aldus Jochem, “en de onderhandelingen zijn al zo ver gevorderd, dat je een broedende kip niet moet storen!”. Ook de gedeputeerde De Vries ontraadde de motie en na lang beraad heeft de BBB deze motie ingetrokken.

Ook de motie Veenweide zorgt voor verwarring bij veel partijen. Jochem geeft in zijn reactie aan dat “het belangrijk is dat we het Veenweideprogramma en een integrale benadering moeten blijven omarmen, dus niet alleen gaan richten op Co2 zoals in de motie wordt gesteld”. De FNP vraagt zich af waarom alleen de landbouw centraal moet staan. De PvdA geeft terecht aan wat de impact is als je je alleen richt op het dikke veen? Na wikken en wegen is ook deze motie door BBB ingetrokken.

Last but not least zorgde de motie geen voorbehoud Kernenergie in de Omgevingsvisie voor een verhitte discussie. Er wordt zelf een motie van treurnis ingediend. In de contourenschets wordt namelijk aangegeven dat pas in/na 2030 met de gemeenten in overleg wordt getreden om te bepalen of kernenergie wel of niet onderdeel moet worden van de duurzame energie mix. Volgens Ja21 en de motie van treurnis is het college toondoof voor de Provinciale Staten, want Provinciale Staten zou zich al meerdere keren positief hebben uitgesproken over kernenergie. Tevens zouden er diverse gemeenten positief hebben gereageerd op de mogelijkheid van kernenergie. De motie van treurnis wordt enkel gesteund door Ja21, PVV en VVD. De motie Kernenergie wordt helaas wel met grote meerderheid aangenomen, namelijk 27 voor (Ja21, VVD, PVV, BBB, CDA, D66, PBF, Van Dijk) en 16 tegen (GrienLinks, PvdA, SP, PvdD, FNP, CU, Steatelid Jonker).

Door onze GrienLinks fractie zijn een aantal moties mee ingediend, namelijk:
Motie aan de slag met dorpsmolen (PvdA)
Motie Ruimte voor gastvrijheidseconomie (CU)
Motie duurzaam door samenwerking (SP)
Motie 380 kV niet alleen door, maar ook voor Fryslan (SP)
Motie zorgen voor voorzorgbeginsel (PvdD) is ingetrokken door PvdD, omdat gedeputeerde Knol heeft toegezegd om het voorzorgsbeginsel op te nemen in de nog op te stellen POVI.

Cultuur: een doekje tegen het bloeden


Op 4 juli j.l. publiceerde het College de beoordeling van de adviescommissie over de subsidies voor musea en kunstinstellingen in Fryslân. Veel organisaties die sinds 2020 subsidie ontvingen en nu met een voldoende zijn beoordeeld, vielen dit maal buiten boord. Dit heeft toen al geleid tot protest vanuit de sector. Hierom is het onderwerp op verzoek van de PvdA, GrienLinks en VVD op de agenda gezet tijdens de commissievergadering van 17 september j.l.. Ook toen zijn mensen uit de sector in grote getalen gekomen en hebben enkelen ingesproken. Kortom; er is veel onvrede. De Commissieleden waren het er roerend over eens; dit moet besproken worden tijdens de besluitvormende Provinciale Statenvergadering zodat er voorstellen ingediend kunnen worden.

Namens GrienLinks was Elsa van der Hoek er niet over te spreken: er is onvoldoende geld gereserveerd. En het argument dat er onvoldoende middelen beschikbaar zijn kon niet op. Het college heeft begin september namelijk besloten extra geld uit de reserve te halen om zowel het subsidieverzoek van het landbouw museum en het Hindeloopen museum te honoreren. Hoezo is dit niet mogelijk voor de kunstinstellingen? Verder is de verdeelsleutel voor kunstinstellingen oneerlijk voor kleinere organisaties die het moeten opboksen tegen de grote festivals in dezelfde categorie.

Tijdens de Statenvergadering werd er gediscussieerd over twee voorstellen.
Het voorstel ‘repareren cultuursubsidies’ (VVD, BBB, FNP, JA21, PvdD) dat enkele organisaties van subsidie voorziet en het voorstel ‘herstel culturele keten’ (PvdA, GL, D66, SP, PvdD) welke alle organisaties die met een voldoende zijn beoordeeld voorziet van subsidie.

Debat
Het ging er in het debat hard aan toe. De VVD stelde dat hun voorstel de meeste kans zou hebben van slagen, gezien het al afgestemd was met een meerderheid van de zetels. Echter, steun voor maar enkelen van de organisaties die dat verdienen is willekeurig en onvoldoende. Hierom steunen wij de motie van de PvdA, die geld voorziet aan alle instellingen met een voldoende. Daarbij riep indiener Christa Oosterbaan op aan de Staten; kunnen we deze discussie en motie bespreken tijdens de begroting (in november), dan is er immers meer te regelen voor de sector. Vanuit GrienLinks stond Elsa haar bij;

“Wat ons vooral tegenstaat, is dat er nu keuzes worden gemaakt voor organisaties die nog wel iets krijgen, we nu zelf als staten een soort ranking gaan maken. En daarbij bekruipt mij het gevoel, en dat is zacht uitgedrukt, dat hier naar willekeur keuzes worden gemaakt. Dat voelt onrechtvaardig. We zetten organisaties en makers tegenover elkaar, terwijl we allemaal weten dat zij samen de rijkdom van het Friese culturele leven vormen. Er zijn nu instellingen die niet verder kunnen en onze Mienskip kan straks niet meer leren dansen, schilderen, muziek maken en onze jongeren hebben straks geen plek meer waar ze zichzelf kunnen zijn of zich kunnen ontplooien.”

Verder schaarden D66, SP, PBF en de PvdD schaarden zich achter de motie van de PvdA. Zij vroegen zich af of de motie van de VVD invloed heeft op de bezwaarprocedures die al lopen. Zou een toekenning aan geld een precedent scheppen voor organisaties die wel met een voldoende zijn beoordeeld maar buiten de boot vallen? Verder werd gesteld dat deze bezuinigingen het culturele veld verder zal uitkleden, waarom kiest het college voor afbraak?

CDA, FNP en BBB stonden in het debat achter de motie van de VVD. Zij stelden dat het culturele veld divers blijft, ook na deze bezuinigingen. Wanneer organisaties buiten de boot vallen moeten zij dit zien als een ‘ondernemersprikkel’. Zij zien graag dat er een brede afweging wordt gemaakt met het geld dat over is gezien er ook andere provinciale opgaven op de plank liggen met onvoldoende gelden.

Reactie college
Gedeputeerde Knol stelt dat er binnen de advies geldt dat musea een rijk veld is met een krappe jas. Ondanks de vermijdelijke bezuinigingen blijft het culturele veld heel divers. Hij ontkent de afbraak van het culturele veld op het platteland; ‘dat gebeurd echt niet, we investeren al miljoenen. We moeten ons aan het advies verhouden. Het is niet onze gedachte om iedereen met een voldoende geld te geven.’ Wat betreft de precedentschepping en invloed op beroepsprocedures als een gedeelte van de organisaties alsnog subsidie ontvangt? In dat geval verwacht Gedeputeerde Knol dat de lijst bezwaren minder zal worden.

Stemming
Tijdens de stemming kwam de voorspelling die ’s ochtends in de krant stond uit:
De motie ‘repareren cultuursubsidies’ (VVD, BBB, FNP, JA21, PvdD) werd met 28 stemmen voor en 15 stemmen tegen aangenomen.
De motie ‘herstel culturele keten’ (PvdA, GL, D66, SP, PvdD) werd met 13 stemmen voor en 30 stemmen tegen verworpen.

Wat als er geen WIJ meer is bij de FUMO?

De FUMO zijn WIJ met elkaar, de provincie Fryslân én al onze gemeenten. Onze FUMO heeft als gemeenschappelijke regeling een steeds belangrijkere taak als omgevingsdienst. De FUMO zet zich voor ons in om onze leefomgeving zo goed mogelijk te beschermen en te bewaken voor de generaties die na ons kom! Maar wat als de deelnemers van de FUMO het onderling niet eens kunnen worden? Wat als er geen wij is? Zelfs in de ontwerpbegroting 2026 wordt op bladzijde 14 gesproken over “tegenstrijdige belangen en verschillend denkende opdrachtgevers”. GrienLinks vindt dit zorgelijk.

Tijdens de Provinciale Staten heeft onze fractie als enige een inbreng bij dit agendapunt. Charda was kort en krachtig,

“De begroting zoals nu voorligt lijkt niet in lijn met de verbeterslag die was ingezet. We hebben met verbazing gelezen dat, onder aanvoering van provincie Fryslân een amendement is ingediend om een aantal voor onze provincie belangrijke onderwerpen investeringen terug te schroeven. En dit staat op zeer gespannen voet met de provinciale ambities én de stevigheid van de organisatie”.

De FUMO staat namelijk voor een grote uitvoeringsopgave voortvloeiend uit de rapportage van de commissie Van Aartsen. Per 1 april 2026 moet de FUMO voldoen aan deze, voor een groot deel wettelijke, eisen. Deze ontwikkelingen leggen een toenemende druk op de dienstverlening van de FUMO en onderstrepen de noodzaak om slim te blijven investeren in de uitvoeringskracht van de organisatie. Daarbij speelt ook nog dat naast het verwachte tekort over 2025, er nu over 2024 een negatief resultaat behaald is (-/- € 361.000). Eshuis accountants geeft in het accountantsverslag 2024 aan dat de financiële positie van de FUMO financieel kwetsbaar wordt en adviseert om hierover tijdig in gesprek te gaan met de deelnemers.

Tegelijk dreigen bij Fryske gemeenten nog steeds donkere financiële wolken in verband met de doorgeschoven ravijnjaren. Het dagelijks bestuur van de FUMO zou daarom terughoudend zijn met het opnemen van nieuwe zaken in de begroting. En in dit spanningsveld heeft het dagelijks bestuur een zeer zorgvuldig proces doorlopen om met een afgewogen begroting voor 2026 te komen.

Maar… ondanks dit zorgvuldige proces is er middels een amendement toch extra bezuinigd op, wat onze fractie betreft, cruciale elementen. “En dan gaat het ons in het bijzonder om Zeer Zorgwekkende Stoffen, waarop de provincie zich concreet heeft uitgesproken om daar beleid op te willen formuleren. Daarnaast kennen wij problematiek rond PFAS, staalslakken en de REC. Om naar een gezonde en schone leefomgeving te bewegen, is er inzet nodig op ZZS, waarbij een proactieve houding gewenst is”, aldus Charda. “Maar hetzelfde speelt op circulaire economie. Fryslân heeft een ambitie vastgelegd, daarbij is ook de omgevingsdienst een belangrijke schakel in onder andere kennisdeling en vergunningverlening in een nieuwe en snel ontwikkelende sector. Hoe strookt dit met de keuze om dit onderdeel als ‘pas op de plaats’ niet op te pakken?”.

Gedeputeerde De Vries benadrukt in zijn beantwoording dat de financiële bijdrage van de provincie Fryslân wel degelijk is gestegen, namelijk met bijna 21%. En voor wat betreft de ZZS en de circulaire economie “daar moet een plus op komen, maar dan moet er wel een integrale afweging komen”, aldus de gedeputeerde De Vries.

Charda benadrukt dat:

“het is in onze ogen juist nodig is om te investeren in een FUMO die voldoet aan de eisen die aan een robuuste omgevingsdienst worden gesteld. Wij hopen dat het onderzoek dat in het najaar van 2025 wordt uitgevoerd daar duidelijkheid over biedt. Wat wij vooral belangrijk vinden is dat er een gemeenschappelijk beeld ontstaat van een omgevingsdienst die werkt voor heel Fryslân”.

Aanleiding van het onderzoek is het ontbreken van een gedeeld beeld over wat de FUMO robuust maakt, en de wens om overeenstemming te krijgen over toerekening van collectieve, basis- en plustaken. De gedeputeerde De Vries heeft toegezegd dat hij dit onderzoek, in het kader van transparantie, ook zal delen met de Provinciale Staten.

Onze fractie kijkt dan ook uit naar de uitkomsten van dit onderzoek en gaat ervan uit dat de deelnemers van de FUMO erin slagen om weer naar een WIJ te komen, waarin ONZE gezonde fysieke leefomgeving centraal staat!